Rijd eerst de achterbenen……

Begin met het rijden van de achterbenen en het lichaam en vervolgens komen hoofd en hals ‘vanzelf” in de juiste positie.​,

Dit advies heb ik in mijn oren geknoopt vanaf het begin van het trainings traject met mijn friese merrie Berber. Omdat zij vanwege haar bouw, met een kort voorbeen en lange rug erg neerwaarts gebouwd is had zij heel erg de neiging achter de loodlijn te kruipen.

Juist bij haar was het essentieel om eerst een goed ondersteunend (ondertredend) achterbeen te ontwikkelen waardoor zij vervolgens kracht in haar bovenlijn kon ontwikkelen om uiteindelijk zelf haar zware hals en hoofd te kunnen dragen.
Wat heb ik, door haar, goed geleerd wat het inhoudt en hoe ik haar daar bij kon helpen.

Dit advies klinkt dan wel heel logisch en is 100 % waar, maar om het voor elkaar te krijgen is niet zo simpel.
In mijn lessen, zowel vanaf de grond en ook rijdend is het  leren ‘voelen’ en vervolgens ‘kunnen beïnvloeden’ van de achterbenen een speerpunt.

Het is niet eens nodig dat je altijd technisch bewust het (binnen-) achterbeen motiveert met de zweep of je been maar de trainer moet leren zich continu bewust te zijn van wat het (binnen-) achterbeen doet. Waar jouw aandacht heengaat gaat ook de aandacht van het paard naartoe. Voelen hoe ver het naar voren grijpt, of het precies onder het zwaartepunt treedt of wellicht iets naar binnen in de volte of achter het zwaartepunt langs naar buiten.

Alleen je intentie geeft al richting aan de achterbenen en daarnaast heb je je zit-, been- en teugelhulpen om daarbij te helpen indien nodig

Mega moeilijk!!

​Voor de trainers/ruiters is dit zo ontzettend moeilijk in het begin. Je moet aan de voorkant het paard goed leiden, je zweep en lijn netjes hanteren. Oppassen dat het paard via de schouders niet in of juist uit de volte ‘valt’. Aan de voorkant is al zo veel te managen dat het in het begin bijna niet te doen is om ook nog die achterhand te observeren.

Maar toch, daar achter begint de magie van het vinden van balans. Vanuit een goed werkende achterhand ontstaat een flow van energie die over de rug naar je voorhand vloeit en door de samenwerking met een gevoelige hand aan de voorkant lukt het uiteindelijk om de energie evenredig te verdelen over de vier benen van ons paard.

Het moment dat een leerling dit gevoel van correcte support van de achterbenen van het paard gaat herkennen is altijd een kantelpunt in de ontwikkeling. Het heeft tijd en veel oefening nodig om het te vinden.

In mijn lessen geef ik vaak het ritme van het ondertreden aan. Het zweefmoment van een binnen achterbeen voor een leerling door het te benoemen: ‘voel…links-achter, links-achter etc.

Leuk vond ik de feedback van één van hen. Zij zei: ‘als ik zelf aan het trainen ben hoor ik jou stem zeggen wanneer het achterbeen in de lucht is, en dan is mijn aandacht daar en voel ik het!’

En precies dat moment, wanneer de ruiter deze connectie met het achterbeen echt gaat voelen, dan ontstaat stabiliteit en een goede positie van hoofd en hals. Alsof de achterbenen de voorhand (en dus de ruiter als er wordt gereden) dragen.

* Deze dierbare foto van Berber en mij is gemaakt tijdens ons examen voor ‘Instructeur Rechtrichten’ in 2014.

Contact

Veendijk 2
8536 VV  Oosterzee
[email protected]
KVK : 68669720

Social media